Nieuws van boswachter Henk Ruseler: april
Wie kon vermoeden dat bij het schrijven van de tekst voor de vorige nieuwsbrief de winter ons nog zo lang in zijn greep zou houden. We hebben al wel van enkele voorjaarsdagen kunnen genieten maar de gemiddelde temperatuur is laag gebleven en dat is wanneer je in de natuur rondkijkt ook goed te zien. Alles lijkt nog stil te staan. Althans, wanneer je naar de bomen en struiken kijkt. Maar de dieren in het Park, laten ons wel degelijk zien en horen dat we in het voorjaar zijn aangeland.
Kijkend vanuit mijn kantoorraam zie ik op het gazon bij het Dienstgebouw dat de witte kwikstaarten terug zijn uit het zuiden. Met korte sprintjes proberen ze insecten te vangen. Op de heidevelden en korstmossteppen heb ik de zang van boom- en veldleeuwerik maar ook van de geelgors en roodborsttapuit alweer gehoord. Verder arriveren deze maand ook nog de nachtzwaluw, kwartel en boomvalk. En dan zijn bijna alle zomergasten weer in het Park gearriveerd en beginnen de meesten deze maand met hun legsel.
Vogelinventarisatie is vroeg je bed uit, goed kijken maar vooral goed luisteren.
Om inzicht te krijgen waar en hoeveel soorten vogels er in het Park broeden staat er voor de vrijwillige vogelaars binnen de faunawerkgroep van de Vereniging van Vrienden weer een drukke tijd aan te komen. Zij inventariseren in de komende maanden onze vogelstand en verspreid over ongeveer 13 verschillende terreinen (plots) gaan zij ongeveer 6 maal in de vroege ochtend op pad om deze plots op de aanwezigheid van broedvogels te onderzoeken. Zij maken gebruik van een door SOVON ( Samenwerkende Organisaties Vogelonderzoek Nederland) ontwikkelde methode. Waarnemingen die wijzen op de aanwezigheid van een territorium, zoals: zang, balts, territoriumroep, paring, imponeervluchten, dreigen en vechten worden tegenwoordig al in het veld digitaal opgeslagen. De laatste jaren zijn er gemiddeld zo’n 75 broedvogelsoorten in het Park waargenomen. Hieronder bevinden zich 17 soorten van de Rode Lijst. Overigens worden er later dit jaar ook nachtzwaluwen geïnventariseerd, maar dat gebeurt ’s avonds laat en in de nachtelijke uren.
Wildweiden en kruidenakkers.
Vanwege de lage temperatuur en droogte is er nog geen grasgroei op de wildweides. Alle wildweides en ook de kruidenakkers voor insecten hebben de afgelopen weken een mestgift met ecologische stalmest gekregen en het wachten is op enige neerslag en hogere temperatuur.
Kraamkamer Hoge Veluwe.
Ondanks de winterse omstandigheden zijn de vorige maand veel moeflonlammeren geboren. Gelukkig kunnen deze jonge dieren tegen een stootje en alle lammeren hebben de kou overleeft. De ooien met lammeren hebben zich weer bij de kuddes gevoegd en zijn vooral in de omgeving van het Bosje van Staf en Oud-Reemsterzand te zien.
Bij de meeste broedvogels in het Park begint de leg deze maand maar de kans is groot dat in de nesten van raaf en bosuil al jongen uit het ei zijn gekomen.
Ondergronds zijn de jonge vossen en dassen geboren en bij gunstig weer zullen de jongen tegen het einde van deze maand voor het eerst buiten het hol komen.
Edelhertentelling en afschot afgerond.
In het begin van de vorige maand zijn op twee avonden de edelherten in het Park geteld. De uitkomst van deze telling was verrassend. Daar waar een aantal van 203 na de afschot periode werd verwacht kwam de telling uiteindelijk neer op een totaal van 286 dieren. Een afwijking van 40%. Dit grote verschil is toe te schrijven aan het feit dat het Park tegenwoordig twee in- en uitsprongen heeft. In de periode dat wij nog een geheel gesloten wildbaan hadden kon het met zeer grote nauwkeurigheid op de gewenste voorjaarsstanden beheerd worden. Afwijkingen van 2% waren toen heel normaal. Tegenwoordig is dit door wildmigratie van buiten onmogelijk geworden.
Vanwege de hoge aantallen edelherten die bij de tellingen zichtbaar werd is besloten om het afschot van de edelherten dit jaar door te laten lopen tot de wettelijke sluitingsdatum van 1 april. Er zijn in de laatste periode dan ook nog 31 edelherten geschoten. Het Park hanteert een voorjaarsstand van 180 edelherten. Bij hogere standen van deze soort komt de natuurlijke ontwikkeling van onze bossen en de door ons zo gewenste biodiversiteit in gedrang.
Ook het afschot van de andere grofwildsoorten is vorige maand afgerond. Het afschot bedroeg:
Edelherten: 211 stuks
Wilde zwijnen: 332 stuks
Moeflons: 72 stuks